db-454 (NL-D)
Roepstem
Dat woord typeert de huidige Corona-crisis. Enerzijds doet het recht aan het vermanende, waarschuwende karakter van de pedagogische terechtwijzing die ik, zondaar, nodig heb.
Waar ben ik van de wal in de sloot belandt, heb ik de Weg verlaten, het op een akkoordje gegooid met m’n boze en op-eigen-benen-willen-staande ego?
Anderzijds klinkt er de Bijbelse notie in door van de Vader, Die mij niet alleen tot berouwvolle inkeer, maar ook tot omkeer en terugkeer oproept: tot Hem (en Zijn Woord), en tot mijn naaste.
Een genadige roepstem. Van een bewogen Herder, Die roept, zoekt en terechtbrengt wat verloren was.
–
DEUTSCH
–
Ruf
Das Wort kennzeichnet die derzeitige Corona-Krise am besten. Einerseits wird es dem ermahnenden, und warnenden Charakter des pädagogischen Zurechtweisung gerecht, welche ich, Sünder die ich bin, benötige.
Wo bin ich vom Ufer im Graben gelandet, habe ich den Weg verlassen, mich arrangiert mit mein böses und auf-eigenen-Beinen-stehen-wollendes Ego?
Andrerseits, umfasst es die tiefst Biblische Ahnung von dem Vater, Der mich nicht nur zum reuevollen Einkehr, aber auch zum Umkehr und Wiederkehr aufruft: zu Ihm (und Seinem Wort), und auch zu meinem Nächsten.
Ein gnädiger Ruf. Von einem bewegten Hirten, Der ruft, Der sucht, und Der zurechtbringt was verloren war.